Nederlandse woorden uit het Maleis en Indonesisch

Taaltrainingen voor professionals in AmsterdamWoorden die je uit een andere taal overneemt noem je leenwoorden. In totaal zijn er 109 Maleisische of Indonesische en 3 Javaanse woorden geleend in de Nederlandse taal, waarmee het Indonesisch qua aantal leenwoorden op de zevende plaats komt, na de Romaanse talen Italiaans en Spaans.

Veel Maleisische en Indonesische woorden zijn via het personeel van de VOC, zeelieden en reizigers, in het scheepsjargon terechtgekomen en via die weg in de Nederlandse taal beland. Een aantal voorbeelden:

  • Bakkeleien: kibbelen, bekvechten. Afkomstig van het Maleisische berkelahi, dat letterlijk ‘bezig met vechten’ betekent.
  • Dat is niet mijn pakkie-an: ‘dat is niet mijn verantwoordelijkheid. Afkomstig van bagianwat betekent: zorg, taak, verantwoordelijkheid. Waarschijnlijk associeerde men dit woord op een lollige manier met het Maleisische pakaian (kleding), dat vrijwel hetzelfde klinkt als pakkie-an.
  • Pienter: slim, schrander, bijdehand, bekwaam. Uit het Maleisische pintar (knap, slim), op Java gebruikt men het woord
  • Kroepoek: viskoekjes, een knapperige lekkernij uit Indonesië. Van het Maleisische kerupuk, een zogenoemd onomatopee (woord gebaseerd op klanknabootsing).

Overigens is de Nederlandse invloed op het Maleisisch en het Indonesisch veel groter geweest dan andersom. Er bestaan ongeveer 8000 woorden in de Indonesische taal die zijn ontleend aan het Nederlands. Voorbeelden zijn asbak, spanduk (spandoek), mesin (machine), kantor (kantoor), buku (boek), buku mopor (klachtenboek) of knalpot.

Bron: https://historiek.net

Onze trainers zijn bekend met de historie van taal en cultuur

Iedere taal heeft zijn eigen historie. Onze trainers zijn hiermee bekend. Naast het leren van de taal besteden de trainers van European Language Centre ook aandacht aan de culturele aspecten van het land. Bel gerust voor meer informatie over onze zakelijke taaltrainingen: (020) 609 79 70.